Sha’Carri Richardson is sinds deze ochtend in het land. De Amerikaanse sprintsensatie kijkt uit naar haar halve baanronde in het Koning Boudewijnstadion vrijdagavond. “Het is mijn eerste keer in Brussel en voorlopig verloopt alles volgens plan. Ik geniet ervan en voor mij is elk nieuw Europees land een ervaring op zich. Mentaal en fysiek voel ik me klaar om te knallen, dus laat de wedstrijd maar komen.”
Richardson, die eerder dit jaar vooral op de 100m haar snelle benen toonde, hoopt voor een uitzinning publiek voor het eerst onder 22 seconden te duiken. “In zo’n gezelschap voel ik me als een soort baby omdat heel veel dames een tijd van 21 seconden achter hun naam hebben staan. Ik kruip met dezelfde gretigheid in de startblokken voor een 200m als voor een 100m, waardoor ik dat hopelijk kan bewijzen met een snelle chrono. Mijn coach en ik werken ook heel hard om op beide afstanden uit te blinken, dus ik wil héél graag onder 22 seconden duiken.”
Op haar 21ste maakte ze deel uit van een nieuwe generatie die het opneemt tegen vaste waarden zoals Shelly-Ann Fraser-Pryce en Elaine Thompson-Herah. Dat Jamaicaanse duo liep in 2021 sneller dan ooit tevoren op de 100m. De onaantastbare wereldrecords op de 100m en 200m van Florence Griffith-Joyner lijken plots niet langer onbreekbaar. “Wij als sprinters wisten dat er enorm veel gretigheid zou zijn om dit jaar de snelste vrouw ter wereld te zijn. Sinds ‘Flo-Jo’ hebben we zo’n niveau niet meer meegemaakt. Ik hoop eigenlijk dat haar wereldrecord verbeterd wordt, zodat ik op termijn het record opnieuw naar de Verenigde Staten kan brengen.”
In eigen land is Richardson op een paar maanden tijd van een ster op de piste ook een ster in de Amerikaanse media geworden, geen sinecure voor een jonge twintiger. De atlete rekent dan ook op een goed team en een duidelijke visie om te leren omgaan met externe factoren. “De pers is een onderdeel daarvan. Als je als atleet top presteert, dan ben je de held. Presteer je minder, of ga je in tegen wat er van je verwacht wordt, dan spuwen ze je uit. Ik durf het een haat-liefdeverhouding noemen, maar ik geloof in het positieve en geef dus de voorkeur aan liefde. Daarnaast probeer ik zo goed mogelijk in mijn wereld te leven, zodat ik me kan afsluiten van wat anderen over me te zeggen hebben. Ik ben de zesde snelste sprinter aller tijden en weet dat het beste nog moet komen.”