20 april: 6m24 op de Wanda Diamond League-meeting in het Chinese Xiamen. 5 augustus: 6m25 op de Olympische Spelen in Parijs. 25 augustus: 6m26 op de Wanda Diamond League-meeting in het Poolse Silesia. 13 september: 6m27 op de Allianz Memorial Van Damme in Brussel? Dat laatste valt nog af te wachten. “Ik wil heel graag voor de vierde keer de finale van de Wanda Diamond League winnen”, zegt Duplantis vastberaden. “Ik stel me voor hoe het zou zijn om met die diamanten trofee op het podium te staan. Het is een belangrijke en speciale wedstrijd die veel voor mij betekent.”
“Maar ik kan niet zeggen of ik vrijdag een nieuw wereldrecord zal springen”, zegt Duplantis nuchter. “Ik voel me goed, heb nog energie in de tank en wil nog één keer alles geven. Ik geef altijd het beste wat ik heb en ga zo hoog springen als ik kan morgen. De druk om telkens een record te springen voel ik niet. Ik spring gewoon heel graag. En ik win heel graag. Winnen is makkelijk, verliezen is veel moeilijker. Dat is het harde van de sport.”
Voorlopig hoeft Duplantis zich geen zorgen te maken over verliezen. De Zweed wint overal waar hij komt. Duplantis is al jarenlang de chouchou van de atletiekwereld, maar sinds zijn olympische titel in Parijs is zijn populariteit nog toegenomen. Die piekt tot astronomische hoogtes, net zoals Duplantis met zijn sprongen doet. “Er is duidelijk een periode voor en een periode na Parijs”, bekent Duplantis. “Het is dag en nacht verschil. Volgens mij heeft het alles te maken met internet en social media. Mijn overwinning is viraal gegaan en heeft iets losgemaakt bij een groot publiek. Ik vind het cool, maar tegelijk is het soms moeilijk te vatten. Maar ik ervaar het als iets positief.”
Niet alleen in het polsstokspringen is Duplantis onklopbaar. Ook op de 100 meter is de Zweed een kampioen. Zijn veelbesproken duel tegen hordeloper Karsten Warholm vorige week in Zürich zindert nog na. De Zweed vloerde de Noor in een showduel: 10.37 versus 10.47. Is zo’n stunt voor herhaling vatbaar? “Ik denk dat het goed is voor de atletiek om af en toe zoiets te organiseren. Of ik nieuwe uitdagingen voor mezelf zie? Ik ben een polsstokspringer, daarin ben ik goed, dus laat ik het daar voorlopig maar bij houden. Maar wie weet. Misschien ooit een duel op de 400 meter tegen Femke Bol (terwijl de Nederlandse naast hem zat op de persconferentie, nvdr)? Eén probleem: ik heb nog nooit meer dan 150 meter gelopen”, besloot Duplantis met een kwinkslag.