Dubbel olympisch kampioene op de zevenkamp Nafi Thiam werd aan het begin van de avond samen met alle andere Belgische olympiërs in de bloemetjes gezet en repte zich daarna naar de hoogspringstand. Thiam deed het uitstekend en evenaarde haar seizoensbeste prestatie: 1m92. Het leverde haar een zesde plaats op in het ijzersterke deelnemersveld met alle medaillewinnaars van het hoogspringen van Tokio.
Noor Vidts, die in Tokio knap vierde werd op de zevenkamp, kwam op de Allianz Memorial Van Damme in actie op de 100 meter horden. Ze finishte als zevende in 13.55. Anne Zagré eindigde in 12.96 een plaats hoger.
In het polsstokspringen wipte Ben Broeders over 5m75. Hij probeerde het ook nog drie keer op 5m85, wat een verbetering met 4 cm van zijn eigen Belgisch record zou geweest zijn, maar dat lukte jammer genoeg niet. De 5m75 van Broeders was goed voor een knappe vierde plaats.
Op de 400 meter kwamen Belgian Tornados Alexander Doom en Jonathan Sacoor in actie. Doom finishte als zesde in 45.84, Sacoor werd achtste in 46.66.
De 400 meter bij de vrouwen was een buitenbeentje in het programma: een 'interland' tussen België en Nederland. Camille Laus zorgde voor een Belgische zege in deze strijd van de Lage Landen. De Belgian Cheetah won in 52.34, haar beste chrono van het seizoen. De Nederlandse Eveline Saalberg finishte als tweede in 52.38. Paulien Couckuyt werd na de Nederlandse Andrea Bouma (53.39) vierde in 53.68.
De 800 meter in Brussel was geen Wanda Diamond League-event, maar net als de 400 meter bij de vrouwen een zogenaamd 'promotional' event. Eliott Crestan werd in 1:45.84 tweede achter de ongenaakbare Keniaan Ferguson Cheruiyot Rotich (1:43.82), de zilverenmedaillewinnaar van Tokio. Aurele Vandeputte finishte in een persoonlijk record van 1:45.49 als vierde.
Elise Vanderelst deed op de mijl een aanval op het Belgisch record dat sinds 2012 met 4:28.11 op naam staat van Almensh Belete. De Henegouwse startte snel, maar kon die inspanning niet volhouden. Haar eindtijd bedroeg 4:32.44, goed voor een twaalfde plaats in een race die gewonnen werd door de Nederlandse dubbele olympische kampioene Sifan Hassan.
Ismael Debjani (3:43.08) en Jochem Vermeulen (3:53.36) speelden geen rol van betekenis in de 1500 meter. Ze eindigden respectievelijk elfde en twaalfde, in een tijd een eind boven hun persoonlijk record.
Op de 200 meter mochten Imke Vervaet en Rani Rosius zich meten met de absolute wereldtop. Vervaet legde beslag op de zesde plaats in 23.28 en Rosius werd achtste in 23.79.
In het verspringen bij de mannen ten slotte mocht Jente Hauttekeete, Europees kampioen tienkamp bij de U20 en vicewereldkampioen, proeven van een avondje tussen de groten. Met 7m18 eindigde hij als negende.